De Kristallnacht was een geënsceneerde uitbarsting van Jodenhaat die in Duitsland plaatsvond in de nacht van 9 op 10 november 1938.
Enkele dagen daarvoor was in Parijs de Duitse diplomaat Ernst Rath door de zeventienjarige Joodse Herschel Grynszpan doodgeschoten. Dit was aanleiding voor propaganda-minister Goebbels om te spreken van een internationale Joodse samenzwering tegen het
Duitse Rijk. De aantijgingen resulteerden in een, zogenaamd, spontane volkswoede. In Duitsland, Oostenrijk en Sudetenland werden in één nacht meer dan 7000 Joodse winkels vernield en geplunderd, 1000 tot 2000 synagogen verwoest, 96 Joden op straat
vermoord en vele duizenden (naar schatting 30.000) werden gedeporteerd naar concentratiekampen. Aansluitend op de Reichskristallnacht (Reichspogromnacht) werden de anti-Joodse
maatregelen in Duitsland aangescherpt. Een groot aantal Joden probeerde het land te verlaten.
De naam Kristallnacht (Reichskristallnacht) verwijst naar de glasscherven van de vele ruiten van Joodse winkels die werden ingeslagen.